zondag 12 maart 2017

Bijna een jaar verder..

Dit jaar begon de lente al bijna een maand eerder: De kraanvogels zijn al in grote groepen over gevlogen.
Op naar een nieuw zomer seizoen!!

vrijdag 25 maart 2016

De lente is begonnen!

Het is zover, de lente is weer begonnen.
Dit weekend mogen we weer stoeien met de klokken.
De kraanvogels zijn in grote getale over gevlogen, richting het noorden.
De bomen beginnen al weer knoppen te krijgen.
De paarden laten hun wintervacht los.
De wilde stalpoes is duidelijk zwanger...
En de vogels fluiten er lustig op los en beginnen met veertjes, losse paardenharen en takjes hun nieuwe nesten te bouwen boven in de schuur en in de bomen.

Tijd dus ook om weer wat met het blog te doen. Nieuw uiterlijk, passend bij de website. En een nieuw oud bericht uit ons archief...

Dat duurt altijd weer langer dan ik denk, omdat ik een heleboel oude berichten door ga zitten lezen, voordat ik er één uitkies om hier te plaatsen.
Het is het verhaaltje over de notenolie en notenwijn geworden.

Notenolie

Op ons grondstuk staan een aantal notenbomen. Vorig jaar juli toen we hier net woonden, maakten we van de nog groene noten een heerlijke notenwijn.
We sneden hiervoor 40 noten in stukken en mengden dit met 1 liter eau de vie, 5 liter rode wijn, 1 kilo suiker en een vanillestokje.
Dit alles bleef 40 dagen afgedekt staan en werd iedere dag een keer geroerd. Daarna gefilterd en in flessen gedaan. Heerlijk!
Daarna bleven er natuurlijk nog een heleboel noten over, die in het najaar gestaag begonnen te vallen.
Iedere dag raapten we trouw alle noten op en legden ze te drogen op een zelfgemaakt rek in de zon en later op zolder.
Een heleboel verdwenen er in taarten en salades, maar nog steeds was het veel te veel om op te eten.
Op een markt had ik in de zomer notenolie gezien. De dame die het verkocht vertelde me dat je dit kon laten maken bij een speciale molen.
Na wat navraag vonden we een adres van een heuse “notenoliefabriek”. Wij togen erheen. Mevrouw was in de keuken druk bezig met notenpellen. Meneer gaf ons een rondleiding door de fabriek die bestond uit een klein schuurtje.
De pers en de molen waren nog helemaal vies van de appelcider. Die maakten ze namelijk ook. De eigenaar legde ons uit dat we over twee weken maar eens moesten bellen voor een afspraak. Nu waren ze net klaar met de ciderproductie. De machines moesten gereinigd worden en over ongeveer twee weken zou de productie van de notenolie beginnen. Wel liet hij ons een glaasje cider proeven en wist ons natuurlijk ook een vaatje te verkopen.

Een paar weken later toen we visite uit Nederland hadden, zijn we er weer eens langs gegaan met de vraag wanneer we zouden kunnen komen met onze noten.
Dat kon al de volgende dag als we tenminste onze noten gepeld hadden. Dat hadden we nog niet, maar we hadden tenslotte nog de hele middag en avond en volgende ochtend.
Volgens het boertje zouden we dat niet redden om in zo’n korte tijd 20 kilo te pellen.

We hebben lekker in het zonnetje uit de wind gezeten en zijn als een bezetene gaan pellen.
Het bleek dat we geen 20 kilo maar slechts 4 kilo gepelde noten overhielden.
Ondanks dat gingen we de volgende middag toch op pad naar de “fabriek”.
Daar was men al bezig met de tweede fase van het proces. Nadat de noten gemalen waren werd nu de prut in een bak gedaan boven een houtvuurtje. Het geheel werd voortdurend goed geroerd. Met zowel een elektrische reuzenmixer als met een handaangedreven spatel.

Na een tijdje werd alles in een houten bak geschept en van daaruit in jutezakken in een pers gedaan. Er gingen een heleboel blokken hout op en daarna werd de pers aangezet.
Even later kwam een klein straaltje olie onder uit de pers lopen. Zo in een zinken emmertje.

Toen dit alles gebeurd was en de olie in flessen werd overgegoten, kwamen er een paar vieze glaasjes te voorschijn. Zelfs de franse mannen die olie hadden laten maken, keken met een vies gezicht naar de glaasjes. Ook verscheen de cider om op de goede afloop te drinken. Waarschijnlijk ook om de cider te verkopen. Even later kwam er een nog viezer glaasje en een nog sterker drankje. Iedereen moest beslist om de beurt uit hetzelfde vieze glaasje even van dit wondermiddel proeven.
De man die als eerste het glaasje aangereikt kreeg, keek eens goed en vond achter zich een kraan om het glaasje even uit te spoelen.
Met de ogen dicht en het verstand op nul was het echter een heerlijk appeldrankje. Een soort Calvados met een klein beetje notensmaak. Maar dat zal wel komen doordat met dezelfde machines zowel deze drank als notenolie wordt gemaakt.

Daarna werden onze noten bekeken en gewogen. Zeer goede noten, maar veel te weinig om het hele proces uit te voeren. De man verkocht ons 2 liter van zijn goede olie in ruil voor onze noten.
Een beetje teleurgesteld dat we geen olie hadden van onze eigen noten, maar een leuke ervaring en lekkere olie rijker, gingen we huiswaarts.
Nu koken we alleen nog maar met notenolie. Volgend jaar gaan we nog meer noten verzamelen en al op tijd pellen, zodat we wel met onze eigen olie thuiskomen.

Als de fabriek dan nog bestaat, want wie neemt dit over als deze mensen het niet meer kunnen?

donderdag 11 februari 2016

Tijd voor weer een nieuwe oude column..
Deze komt waarschijnlijk uit 2004 of 2005...?
Ook nu hebben we nog wel eens een stormpje en ondanks de steeds betere bekabeling, valt af en toe de stroom even uit.
Deze week nog. Het regende en waaide behoorlijk en na een paar keer knipperen, bleef de stroom definitief uit. Gelukkig hebben we nu een groter aggregaat, dus die paar uurtjes hebben we daarmee kunnen overbruggen.
Ook is onze veel grotere hooi stapel nu super goed afgedekt met heel stevig plastik en goed verankerd met zware houten stronken en oude pallets.

En natuurlijk ook een foto uit de "oude doos"
Tijdens onze eerste week in Veaupeytourie kwamen de mouflons nog heel dicht bij het huis. Ze waren niet anders gewend: er had zo'n 30 jaar niemand gewoond... Op de voorgrond Candy.


Herfst in de Dordogne.
(En waarom de column vertraging opliep.)

Waarschijnlijk hebben we deze titel vorig jaar rond deze tijd ook gebruikt voor onze column. Maar ja, de herfst komt ieder jaar weer terug.
Wat doen we hier zoal in de herfst? Natuurlijk champignons zoeken, kastanjes en walnoten rapen, appels plukken. En dan, KLETS PANG een herfststormpje en zitten we “vrolijk” drie dagen zonder stroom en telefoon. Dinsdag ochtend 3 oktober begon het wat te waaien en grijs te kijken. Het wakkerde al snel aan tot een storm en onder andere het zeil over de hooistapel sloeg bijna weg. De vele touwtjes en pallets waarmee we het plastik eind deze zomer over de stapel hooirollen vast hadden gezet waren door de wind losgegaan en omgevallen en het hele zeil dreigde weg te waaien. Gelukkig regende het op dat moment niet, maar duurde het toch de halve ochtend om in de storm het zeil weer vast te zetten. Deze keer met sterk touw en zware boomstammen ter verankering. Eenmaal binnen konden er nog snel enkele telefoontjes gepleegd worden waarbij de mensen werden gewaarschuwd dat de verbinding uit zou kunnen vallen (gebeurt wel vaker hier). Even later viel de stroom dus echt uit. Omdat onze telefoon ook een stroomverbinding heeft, werkte die niet meer en de mobiele telefoon heeft hier geen ontvangst.
Later op de dag vermeldde de batterijradio van de buren op de plaatselijke zender veel schade en zeker 3 dagen geen stroomaansluiting. We hadden toen we hierheen verhuisden een stroomaggregaat vanuit Nederland meegenomen, omdat we al bij onze zoektocht op de hoogte werden gebracht van de zwakke kabels die aan bomen en palen het Franse landschap sieren. Na 3 jaar rook de benzine echter naar terpentine en werd er gesleuteld tot de zaklampen leeg waren. Met perslucht blaas je de kanaaltjes in de carburator natuurlijk schoon, ware het niet dat de compressor op stroom loopt die er weer niet is. Met het aggregaat van de buurtjes hebben we die nacht nog een paar uur lang de koelkast en vriezer op tijd weer op temperatuur gekregen. De volgende ochtend togen we met alles in de auto naar vrienden in een gebied waar de stroom alweer was aangesloten en kregen we het aggregaat aan de gang. Onderweg veel afgebroken takken op de weg, al weggetrokken bomen langs de weg en zelfs een omleiding omdat er een electriciteitskabel op de weg lag. Gewoon een paar rood-witte lintjes en een bord aan de weg en iedereen rijdt om. In ons eigen gehuchtje circuleerden drie dagen lang de aanwezige noodaggregaten op een kruiwagen, daar er direct natuurlijk geen één meer in de stad te koop was. En dan kun je dus gelijk helemaal niks meer! Wat zijn we toch afhankelijk van stroom. En wat waren we blij toen ons aggregaat weer werkte. Onze eeuwenoude vrieskist kan namelijk niet 24 uur alles bevroren houden en al helemaal niet drie dagen. We hadden net ladingen cêpes (paddestoelen) ingevroren en die moesten natuurlijk niet gelijk bederven. Zelfs de houtkachel heeft stroom nodig: er zit een sensor in die een ventilator laat draaien als de insert te heet wordt. We hebben dus voorzichtig gestookt en lekker kastanjes gepoft bij een petroleumlampje. De volgende dag met het aggregaat werkte de lamp weer. We hoopten nu ook te kunnen bellen, maar wat bleek? Net toen wij weer stroom hadden, was er nog ergens een boom omgevallen of zo en was de telefoonverbinding ook verbroken.
De eerste avond zagen we aan de overkant van de rivier de nieuwe straatlantaarns van St Mesmin al weer branden, terwijl wij nog in het donker zaten. Toen de buurman de volgende ochtend de EDF belde om te vragen waarom overal om ons heen de stroom het weer deed en bij ons nog niet, kreeg hij een antwoordapparaat te horen dat vermelde:”U woont in een door storm getroffen gebied. Al onze medewerkers zijn in de buitendienst aan het werk om de problemen op te lossen en er is dus niemand om de telefoon te beantwoorden.”
De EDF heeft er drie dagen voor nodig gehad om een heel klein probleem op te lossen. Op een paar km hier vandaan zaten twee stroomkabels in elkaar gedraaid en maakten kortsluiting. Toen ze dit na drie dagen in 7 minuten verholpen hadden en een schakelaar hadden omgezet, hadden we ineens weer stroom.
We willen nu destemeer proberen om in ons nieuw te bouwen ecologische huis/dorpje zelfvoorzienend te zijn met stroom en water.

vrijdag 22 januari 2016

Columns uit de Trompetter

een tijdje geleden kwam ik op een oude computer van ons nog de columns tegen die we onze eerste jaren hier in Frankrijk geschreven hebben voor "De Trompetter".
Dit was (is?) een krantje dat wekelijks uitkwam in onze vroegere woonplaats Afferden (L).
Iedere maand geloof ik, schreven we over onze verhuizing naar Frankrijk en onze belevingen op het franse platteland.

Misschien wel leuk om deze hier te plaatsen...
En een fotootje uit die tijd:
Het kleine huisje in Veaupeytourie

oeps, ik zit al weer een hele avond te lezen. Want behalve die columns, kwam ik ook de eerste mails tegen die we via de buren naar vrienden en familie stuurden in de eerste maanden dat we nog geen telefoon verbinding hadden en dus geen internet.

Dat wordt nog even uitzoeken wat er hier wel en niet geplaatst gaat worden om de winter door te komen.

Misschien hier maar eens mee beginnen: "Fransen kussen graag" noemden wij deze column.

Fransen kussen graag

Oude boekjes vermelden dat het niet gebruikelijk is om bij een bezoekje op het platteland in Frankrijk, wijn of bloemen mee te nemen voor de gastvrouw en -heer. Een fles aanbieden zou een belediging zijn voor de Franse gastheer, alsof hij zelf niet over goede wijnen zou beschikken. Tegenwoordig geeft men meestal een fles wijn of iets ingemaakts uit eigen tuin. De Fransen hebben hier de gewoonte om de gekregen fles van de gasten altijd als eerste te openen. Een bloemetje hoef je niet te verwachten en zeker geen goudsbloemen of chrysanten. Chrysanten worden op Allerzielen gebruikt om de graven en grafzerken op te sieren. Bloemen en planten zijn hier trouwens voor onze begrippen heel erg duur. Op visite is het niet netjes om het toilet van de gastheer te gebruiken. Wij zijn hier nog nooit uitgenodigd door Fransen om een kopje koffie te komen drinken. Het is meer gebruikelijk om een apéritif (apéro) aan te bieden. En men proost met à votre (bonne) santé, à la vôtre of tchin-tchin. Als iemand is uitgeniest zeg je à vos souhaits.

Bij begroetingen kust bijna iedereen elkaar. Ook onbekenden kussen elkaar. Hier geeft men 2 kussen, maar er zijn ook regio's waar dat er blijkbaar 3 of 4 zijn. In deze omgeving kust men elkaar meer dan twee keer indien men heel goede vrienden is. Een vrouw wordt door iedereen; kinderen, vrouwen en mannen gekust. De man geeft een andere man altijd een hand. Zij kussen elkaar niet, behalve soms wel de neven en zonen die men van kindsaf kent. Men neemt er uitgebreid de tijd voor om elkaar te begroeten. De werkzaamheden worden bij begroetingen gewoon onderbroken en elkaar tegemoet komende auto's worden daarvoor speciaal aan de kant gezet. Of men blijft juist midden op de weg staan en blokkeert alles. Het heeft helemaal geen zin om je er druk over te maken. Indien je slim bent maak je ook een praatje.

Met de Fransen wordt niet meteen na het Comment allez-vous? (Hoe maakt u het?) met de onderhandelingen begonnen. Pas na vele, meestal charmante omwegen en verwennerijen komen we eindelijk tot zaken. Nederlanders moeten daar niet onrustig van worden. Ook moeten wij onze kalmte bewaren als een bijeenkomst niet om 8.30 begint zoals aangekondigd, maar pas iets over 9. Dat is Frankrijk. Vaak zijn wijzelf veel te laat voor een afspraak, maar dan toch nog de eersten die aankomen. De Fransen zelf blijven traditioneel 'u' zeggen tegen elkaar. In bijzondere gevallen van persoonlijke vriendschap tutoyeren ze.

Men spreekt meestal Frans hier. Een doodenkeling spreekt wat Engels. En bijna altijd wordt er over eten gepraat. Vaste onderwerpen aan tafel zijn de kwaliteit van de foie gras en de truffel dit jaar, de wijn aan tafel, de paddestoelen uit het bos, het zoetgehalte van de geoogste vijgen, het fruit en de groente uit eigen tuin en bijvoorbeeld het geslachte varken. De mannen hebben het daarbij ook nog heel uitgebreid met elkaar over de jacht en het vissen. Alleen met heel erg bekenden wordt er geroddeld over anderen. Indien men iemand niet mag, vertelt men dat zij diegene niet goed kennen. Dus, als ze zeggen iemand nauwelijks te kennen, dan hebben zij daar een probleem mee en kun je beter die persoon maar niet meer aanhalen. Een directe vraag waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn, wordt meestal omzeild met “ça dépend” (‘t hangt ervan af). Vetes tussen families kunnen soms al generaties oud zijn en hebben meestal te maken met de broodwinning zoals geruzie over een paar meter grond. Ongelukken bij de jacht zijn meestal afrekeningen bij overspel of andere netelige kwesties is ons uitgelegd.

Indien een artisan (aannemer) een belangrijke afspraak met je heeft waar voor hem veel van afhangt en er komt plompverloren een copain (vriend) opdagen met een geweer of hengel onder de arm, dan komt hij bij jou de afspraak niet na. Hij is je meteen vergeten en zal waarschijnlijk niet eens afbellen. Spreek je bij hem thuis af na zijn werk om zaken door te nemen, dan moet je hem meestal uren later nog in stinkende werkkleding aan de toog in de dorpskroeg tussen zijn jachtmaten in de buurt van een plaatselijke schone vinden. Het wordt bijzonder gewaardeerd dat je ze speciaal op komt zoeken en waak ervoor dat je dan je glas wijn niet leegmaakt, daar deze anders alweer wordt vol geschonken. Aan de toog maken we er gelijk een hoop handige vrienden bij, die ons allemaal wel kennen door de jaarlijkse van Bordeaux uit gecontroleerde jacht op de mouflons in ons bos, en komen we zaken te weten waar we nog niet bij stil hadden gestaan. 

De Nederlanders die tot aan hun pensioen in het Nederlandse ritme hebben geleefd maar ook de Nederlandse jongelui, kunnen er maar niet aan wennen en maken zich druk over gemiste afspraken. Wijzelf doen gewoon waar we zin in hebben en proberen ons aan te passen en kunnen die mentaliteit heel goed volgen. Niks mis mee. We vinden die plattelands gewoontes die vaak haaks staan op de Nederlandse mentaliteit zo gek nog niet.


zondag 3 januari 2016

Gelukkig nieuwjaar!

Bij deze wensen we alle lezers van ons blog een bijzonder 2016 toe. Met veel liefde, warmte, plezier en wat je verder allemaal nog wensen kunt.


buurvrouw Katja kwam gisteren civet eten
en nam een megafles rosé champagne mee! Proost!

Wat ons betreft wordt het een eerste helft van het jaar van hard aanpakken, om voor het zomerseizoen alles klaar te hebben voor de gasten.

Gisteren is Claude langs geweest om ons alles haarfijn uit te leggen over de stroomaansluitingen.
We weten nu in welke volgorde we welke instanties moeten inschakelen en welke kabels we waar moeten gebruiken.

Ondertussen is het winterseizoen toch echt begonnen: het is gaan regenen twee dagen geleden...
Dus nu verandert het terrein langzaam in een modderpoel en kunnen we even geen grondwerk meer uitvoeren met de Bobcat.

Voor Freek is de tijd van hout zagen voor de gebouwen aangebroken. Maar eerst maait hij nog even (nou ja, even.. kost toch gauw een paar dagen om alles te maaien) alle hooiweides een keer uit, zodat we dit voorjaar weer een mooie oogst hebben.
Voor mij is de tijd gekomen van website bouwen, kussenslopen naaien en andere interieur dingetjes voor de caravans en tenten maken. En de laatste resten fruit verwerken. Gisteren weer rozebottelsiroop gemaakt.

En nog een paar andere flesjes en fruit van eerder dit jaar.



vrijdag 25 december 2015

Kerstmis in de Dordogne

Deze week hadden we ons voorgenomen om even wat tijd vrij te maken voor ons blog.
Helaas hebben we het oude blog zo lang niet gebruikt, dat dat niet meer actief is. Vandaar een nieuwe versie.
Het is nog even puzzelen om te zien hoe alles ook al weer werkt.
We willen proberen julie op de hoogte te houden van onze vorderingen op de boerderij en dan met name de camping, die komende zomer officieel gaat worden geopend!

http://joliesallures.free.fr/safari.html

De afgelopen maanden hebben we enorm geluk gehad met het weer. Het is een milde en droge winter tot nu toe. Wat wil zeggen dat we nog steeds met de Bobcat (onze grote vriend!) kunnen werken.


En dat was ook wel nodig.
Er komen altijd allerlei klusjes tussendoor, die ook lang duren. Freek kan dus nooit een fulltime week bijvoorbeeld alleen maar graven.

Vandaag is de grote dag dat hij de laatste restjes geul dicht kan maken!
Er ligt nu een drainage van 6 x 28m, drie tanks van ieder 3000liter en een heleboel meters (honderden!) naar de verschillende plaatsen waar de privé sanitair huisjes voor de safaritenten komen en naar het gezamelijke sanitair gebouw voor de caravans en tenten die geen privé sanitair hebben.

Afgelopen week was het nog zo warm dat we in t-shirt/blote bast konden werken!
Tot eind november heb ik nog de buitenkanten van de caravans kunnen schilderen.
Nu is er dus een rode caravan met hartjes op de deur en een turquoise caravan met een "kunst" schildering.

De rest van de winter kan ik dan gebruiken om de binnenkant te "pimpen". Leuke kussens en gordijntjes maken en als het niet te koud wordt, kan ik ook de binnenkanten van de caravans gaan schilderen in vrolijke kleurtjes. De rode wordt van binnen ook helemaal rood en wit... Een beginnetje is al gemaakt.
En Freek kan verder met het bouwen van het sanitair gebouw  en de terrassen en overkappingen voor de caravans en tenten.

En om terug te komen op de titel van dit artikel: Kerst hebben we vorige week gevierd met het optreden van de verschillende koren (Freek zingt in Terrasson, Dorine dirigeert de Connect Singers waar Freek ook in zingt) en gisteren met engelse en franse vrienden.